MONOCULTURE - Modernism
Ensemble
Moderniteit
Moderniteit, een onderwerp in de sociale- en de mesnwetenschappen, is zowel een historische periode (de moderne tijd) als het geheel van specifieke sociaal-culturele normen, houdingen en praktijken die zijn ontstaan in de overgang van ‘traditionele’ gemeenschappen naar moderne samenlevingen. Moderniteit, vaak geassocieerd met rationaliteit, omvat een breed scala aan historische processen en culturele verschijnselen, van kunst over voedselproductie tot oorlogsvoering. Daartoe hoort ook de existentiële ervaring van die verschijnselen, en de voortdurende impact op cultuur, werk, instellingen en politiek. Moderniteit omvat ook sociale relaties in het leven onder het kapitalisme, en verschuivingen in attitudes, met name door secularisatie en het zogenaamd 'postindustrieel' leven. In de sociale wetenschappen wordt de moderniteit ook begrepen als een historische periode waarbinnen zich bepaalde sociaal-culturele normen, attitudes en praktijken ontwikkelen (waarvoor de kiemen reeds werden gelegd in de renaissance en de achttiende-eeuwse verlichting). In de kunst is de moderniteit nauw verbonden met het esthetisch modernisme, en ontwikkelingen zoals existentialisme. In de late negentiende en vroege twintigste eeuw werd de moderne kunst een dominante beweging in West-Europa en Noord-Amerika. In grote lijnen zocht de beweging naar het creëren van nieuwe kunstvormen die de nieuw opkomende industriële wereld beter weerspiegelde. Een bijzonder kenmerk van het modernisme is het bewustzijn van de eigen artistieke en sociale tradities, maar ook het experimenteren, en het gebruik van technieken die de processen en materialen rationaliseren die worden gebruikt bij het maken van kunstwerken. De poging om de relatie tussen geoculturele verschillen te verklaren, vormt een fundamentele uitdaging om de conditie van de moderniteit te begrijpen. Zo werd het geloof in de veronderstelde universaliteit van de moderniteit bekritiseerd door het postmodernisme, en werd de dominantie van het modernisme, en de export ervan vanuit West-Europa en de VS naar andere continenten, gedeconstrueerd door de postkoloniale theorie.