M HKA Ensembles

1892 - 1942

Geboren in Drohobycz (Ukraine).

Bruno Schulz werd geboren in een Joodse familie in Drohobycz (nu Drohobytsj, Oekraïne). Het gebied behoorde toen toe aan Oostenrijk. Zijn vader had een kledingzaak, maar moest die wegens gezondheidsproblemen aan zijn vrouw overlaten. Een andere belangrijke figuur in huis was de sadistische meid. Schulz studeerde architectuur aan de universiteit van Lvov en schone kunsten in Wenen, met een specialisatie in lithografie en tekenen. Na terugkeer in zijn geboortestad werkte hij van 1924 tot 1939 als kunstleerkracht in het lokale gymnasium. Pas in de jaren 1930 startte Schulz zijn literaire carrière. Zijn recensies verschenen in het literaire tijdschrift Wiadomosci Literackie en hij correspondeerde met avant-gardisten als Witold Gombrowicz en Stanislaw Ignacy Witkiewicz, maar verder hield Schulz zich ver van literaire kringen. Midden jaren 1930 bracht hij enige tijd door in Warschau en bezocht hij Parijs. Ondanks een intense correspondentie met de Jiddische dichteres Deborah Vogel en andere vrouwen, is hij nooit getrouwd. In 1941 werd Drohobycz bezet door de nazi’s. De Gestapo-officier Felix Landau viel voor Schulz’ tekeningen: hij regelde voor hem een uitweg uit het getto, en droeg hem op fresco’s te schilderen in zijn huis. Landau vermoordde een Joodse tandarts die beschermd werd door een andere Gestapo-officier, Karl Günther. Die ontdekte Schulz in de ‘Arische’ wijk en schoot hem als vergelding op straat neer, op 19 november 1942. Het manuscript van zijn derde en laatste roman, De messias, zou zich bevinden in de KGB-archieven over de Gestapo.